Het is al laat in de middag wanneer we in Aultbea aankomen, eerst intrek nemen in de B&B en dan te voet naar de Drumchork Lodge. De distilleerderij is zó kleinschalig dat eigenaar/ oprichter/ tourguide John Colthworthy uiteraard bereid is om een rondleiding te verzorgen.
Op dit moment is er nog een tour bezig zodat we eerst maar een drankje doen in de serre met aansluitend een maaltijd.
En dan is het onze beurt voor de rondleiding. Groot is het hier niet en eerst krijgen we de ontstaansgeschiedenis van de distilleerderij te horen. Dankzij een maas in de Britse wet kon deze distilleerderij opgericht worden (onder het mom van 'opleidingen') maar inmiddels is deze maas door de wetgever dichtgetimmerd.
De twee stills |
Tijd om de whisky te laten rijpen was er vroeger niet (want: illegaal) en ook vandaag de dag rijpt de spirit enkele weken. Het gaat nog wel net als vroeger een tijdje in een klein handzaam houten vaatje (5 tot 10 liter) voordat er uit het vat getapt wordt.
Mini vaatjes in een mini dunnage warehouse |
Om nog iets van smaak aan te geven worden de vaatjes voorbehandeld met een scheut sherry, port of rum en dan blijft het enkele weken liggen in een soort van mini dunnage warehouse.
De vorige keer dat we hier waren heb ik nog gevraagd waarom hij niet zelf de gerst ging mouten. Inmiddels is John hiermee aan het experimenteren. Immers vroeger moest de gerst ook gemout worden. Eerst de gerst weken in water en uitspreiden op een vloer tot deze begint te ontkiemen. Dit proces moet op tijd gestopt worden. John doet dit door een gegolfde metalen plaat met perforaties boven een (turf)vuur te hangen. Door de plaat te schudden verbrand de gerst niet en droogt het toch goed.
Ondertussen worden er ook nieuwe technieken geprobeerd. Het onttrekken van de suikers aan de gemoute gerst was voor John een lastig proces. Door toeval is hij erachter gekomen dat het ook veel simpeler kan; de gerst gaat met water in de still, zolang er nog suikers in zit, blijft deze drijven op het water. Na verloop van tijd lossen de suikers op in het water en zakken de gerstkorrels vanzelf naar onderen.
Volgens John zijn er zelf distillers uit de Speyside komen kijken of dit werkt en zich verbaast afvroegen "waarom doen wij dat niet zo?" Visserslatijn of werkelijkheid? Wie zal het zeggen.
In de bar van de Drumchork Lodge krijgen we de Single Malt Spirit Drink van Loch Ewe te proeven, in drie verschillende versies: sherry-finish, rum-finish en port-finish. De sherry-finish bevalt het beste, al zijn ze alle drie vrij "ruw" qua smaak.
Erg vermakelijk zijn de verhalen hoe is vroeger dagen de Britse (lees: Engelse...) belastinginspecteurs op ht verkeerde been werden gezet. Zo werd bijvoorbeeld de whisky in glazen jampotten verkocht. De belastinginspecteurs kon nergens illegale whisky vinden, wel zagen ze veel vrolijke Schotten met jampotten over straat lopen...
Ook nu verkoopt John de whisky in jampotten. Wij doen dat niet maar nemen wel een keramisch kruikje mee met de sherry-finish.
Na de proeverij laten we ons door John een whisky van een 'concurrent' inschenken en nemen we weer afscheid.
Erg leuk weer, voor Harry en Jeroen was het de eerste keer maar ik denk dat we het nu wel gezien hebben hier. Als ik hier nog eens kom zal het zijn voor de 5-daagse cursus om zélf 'distiller' te worden (maar in denk dat dát niet zo 1-2-3 zal gebeuren...).