Nosing & tasting

Oftewel: de kunst van het proeven.

Er zijn geen strikte regels voor het drinken van whisky. IJs in whisky is eigenlijk 'not-done'; het ijs neutraliseert bijna alle aroma's in whisky en verdooft de smaakpapillen. Water is prima, mits in kleine hoeveelheden. Door een drupje water komen vaak de aroma's wat beter los, daarbij brengt water het alcoholpercentage wat terug, wat met name bij cask-strength whiskies voor een beter smaakprofiel zorgt.

Het proeven en keuren van single malts heet 'Nosing & Tasting' en is erg leuk om samen met vrienden cq. whisky-liefhebbers te doen. Bij een "Nosing & Tasting" komt heel wat kijken. Elementen uit de omgeving zoals de ambiance, verlichting en temperatuur, maar ook de rangschikking van de dranken hebben invloed op het resultaat. Bovendien is de techniek van de nosing and tasting bepalend voor het wel of niet goed kunnen waarnemen van de aroma's uit de whisky.


Zes stappen voor nosing en tasting:

Belangrijk is het juiste type glas; geen tumbler maar een tulpvormig glas. Een portglaasje, een snifter of een Glencairnglas is ideaal. Lees hier meer over glaswerk. Heb je thuis mooie kristallen tumblers? Geef ze aan iemand die je niet mag.

1: de kleur
Schenk de whisky in het glas, houd het glas tegen het licht en kijk naar de kleur. De kleur vertelt iets over het type vat wat gebruikt is. Let wel: het geeft alleen een indicatie! Sommige whiskies worden met karamel bijgekleurd, wat een meer gouden gloed geeft.
Is de kleur licht geel; dan is waarschijnlijk een bourbonvat gebruikt. Donkere whisky, beetje mahoniekleurig, dan is waarschijnlijk een sherryvat gebruikt. Maar dat hoeft niet; er is ook licht gekleurde sherry... Een donkere whisky is niet ouder, een donkere whisky is niet beter, een donkere whisky is gewoon... donker.

2: de textuur in het glas
Kantel het glas een beetje en draai het langzaam rond zodat een mooie rand in het glas ontstaat. Houd het glas weer recht. Na een tijdje ontstaan er druppels die langzaam naar beneden zakken. De dikte van deze druppels of "legs" en de afstand ertussen zeggen iets over de leeftijd en de kwaliteit van de spirit.
Hoe langer het duurt voordat de druppels beginnen te zakken, hoe meer textuur en hoe ouder de whisky. Bij jonge whisky zitten de "legs" dichter bij elkaar en zakken ze sneller. Dunne tranen kan ook een hoger alcoholpercentage betekenen.

3: ruiken
Verwarm het glas met de palm van je hand. Houd het glas onder de neus en haal normaal adem. Probeer ook eens met de mond open te ruiken, soms ruik je dan toch weer iets anders. Probeer de geuren te benoemen, dit is één van de moeilijkste dingen, het zogenaamde "whiskywiel" kan je hier bij helpen.

4: proef de whisky
Neem een klein slokje en hou de whisky even in de mond. Een richtlijn is minimaal 1 seconde per leeftijdsjaar van de whisky. In tegenstelling tot wijn niet slurpen! Laat het over de tong gaan en probeer de smaken te benoemen. En niet zoals bij wijn de whisky daarna uitspugen! Houd de whisky in je mond. Bij jonge whisky zit de hitte van de alcohol meer voor op de tong. Hoe ouder, hoe meer naar achteren.

5: "open" de whisky
Dit is het moment om eventueel wat water te te voegen. Begin met een klein beetje en herhaal stappen 3 en 4 en beoordeel of je iets nieuws ruikt of proeft. Lichtere whiskies hebben vaak iets meer water nodig op te openen waardoor de lichtere aroma's er uit komen.

6: beoordeel de "finish"
De lengte van de "finish" (de tijd dat de smaak in je mond blijft) geeft indicaties over de leeftijd van de whisky.


het "whiskywiel"