Onder leiding van vertegenwoordiger Jan Beek werd eerst een vermakelijke uitleg gegeven over het ontstaan van deze bottelingen en een korte geschiedenis van Van Wees.
En dan werd het eindelijk de eerst fles open gemaakt: Auchentoshan 2003.
Kleur: licht geel.
Neus: licht, honing, fruitig en bloemig, gras.
Smaak: scherp, weer fruit en bloemen en een beetje brood/ maltig.
Finish: matig.
Conclusie: een matige whisky, prima om de avond mee te beginnen maar geen hoogvlieger: 70-75/100
Tijdens het proeven werd door Jan Beek een en ander verteld over hoe te proeven en wat feitjes en weetjes van deze Lowland distillery, eigendom van Suntory uit Japan.
(pssst! De distillery op het etiket is Bushmills!) |
Nummer twee dan: Craigellachie 2002.
Kleur: licht goud.
Neus: zacht, zoet, vanille en fruit. Na verloop van tijd steeds beter, naar botercakedeeg.
Smaak: zoet, noten, appeltaart/ botercake.
Finish: beter dan de Auchentoshan. Later op de avond steeds meer neigend naar een warme botercake qua smaak en geur, heel bijzonder.
Conclusie: wel bijzondere ontwikkeling in de geur: 75-80/100
Craigellachie uit het gelijknamige dorp produceert hoofdzakelijk voor de blends, het aantal distillery-bottelingen is dan ook zeer klein. Eigendom van Diageo.
Kleur: licht goud.
Neus: in eerste instantie plastic, later meer fruitig.
Smaak: scherp, niet erg uitgesproken. Van een 17 jaar oude zou je meer verwachten.
Finish: matig. Er zijn veel betere versies van Benrinnes in de handel.
Conclusie: een matige whisky: 70-75/100
Opnieuw een Diageo-distillery die hoofdzakelijk voor de blends produceert.
Na de pauze nummer vier: Glenburgie 1995.
Kleur: licht goud.
Neus: leer, fruitig en citrusvruchten.
Smaak: erg smaakvol.
Finish: zoet en vrij lang.
Conclusie: Een prima uitvoering van deze vrij onbekende distillery: 80-85/100
Eigendom van de Chivas-groep deze distillery, en als gezegd vrij onbekend.
Nummer vijf: Ben Nevis 1992.
Kleur: goud.
Neus: eerst weer vrij scherp, later beter. Beetje landbouw geur, leer, muf, noten en maggie.
Smaak: Zoet, noten. Duidelijke sherrycask invloeden.
Finish: zoet en vrij lang. Erg lekker.
Conclusie: We zijn deze zomer min-of-meer toevallig op bezoek geweest bij deze distillery en de standaard 10yrs beviel erg goed. Deze ook: 80-85/100
Zie het bericht over het bezoek deze zomer.
De een-na-laatste: Longmorn 1996.
Kleur: donker mahonie.
Neus: zoet, noten, rozijnen etc. Sherry-bom.
Smaak: scherp, koffie, noten, zoet, chocolade, rozijnen; the works.
Finish: zoet en vrij lang. Heel erg lekker.
Conclusie: Ongelooflijke dikke sherry-bom, deze hoort in de ere divisie thuis: 90-95/100
Erg gewild deze Longmorn, vooral 'zustervat' nr. 72315 wordt veel gezocht, en laat ik die nu ook in de kast hebben staan.
De allerlaatste: Isle of Jura 1989.
Kleur: goud.
Neus: licht rokerig, vanille.
Smaak: zoet, vanille, rook.
Finish: scherp maar toch lekker.
Conclusie: Goede versie van deze licht geturfde Jura: 75-80/100.
Erg leuke avond! Lekker dichtbij huis en met Agnes en Jeroen op de fiets. Na afloop nog een flinke tegenvaller in de vorm van een regenbui.
De hele avond werd op een erg leuke manier aan elkaar gepraat door dhr. Jan Beek, met leuke feitjes en weetjes. Na afloop een Longmorn en een Craigellachie mee naar huis genomen. Lekker!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten